Jonggivers 26/11
(het volgende hoef je niet te leren, gewoon teaser wat komen zal. kom gewoon xoxo)
acetosal = pijnstillend en koortswerend geneesmiddel, vroeger bekend als aspirine
afasie = spraakstoornis waarvan de oorzaak in de hersenen gelegen is
afonie = onvermogen om stemgeluid voort te brengen
agnosie = niet weten
akoestische agnosie = het niet herkennen van geluiden
algemene anesthesie = toestand van algehele verdoving
algèsis = pijn
/algie = toestand van pijn
ambly/; amblus = afgestompt; verzwakt
amblyoop = een oog niet gebruiken
amblyopie = verzwakt gezichtsvermogen
anaesthesia dolorosa = plaatselijke gevoelloosheid, gepaard gaande met pijn in die streek
analgesie = pijnloosheid
analgeticum; analgetica = pijnbestrijdingsmiddelen
analgetische huid = ongevoelig voor pijnprikkels
anesthesie; anaesthesia = gevoelloosheid; verdoving